Ondanks de vakanties waren er toch zo'n 32 man en een vrouw, zowel binnen als buiten, want het was heerlijk zomerweer. Binnen stond de modellentafel weer flink vol, en ook het biljart was weer goed gevuld met overtollige dozen en boeken van clubleden.
Bij de voertuigen een flinke verscheidenheid. De Stephenson's Rocket trein in 1:76, vier zeer antieke Tsjechische auto's waarvan ik alleen het merk Tatra herkende, een Bedford truck 1:24, een kraaninstallatie die nog in aanbouw leek, een Crusader tank 1:35, een Citroen Klaverblad en nog twee kleine 1/76 rupsvoertuigen, een T-34 en een Jagdpanzer IV.
Deze keer was bij de vliegtuigen de schaal 1:72 ruim in de meerderheid. In willekeurige volgorde: een Dragon Rapide (RAF), een F27 van Aer Lingus, een Dornier 335, een Göppingen Gö-9, een Saab Lansen, een CW-21 (KNIL), een Pander Type D, een F-100 Super Sabre en een Canadair Sabre in een gouden outfit, drie keer Koolhoven FK.41 (met wielen, ski’s en in aanbouw), en drie Gloster Gladiators in Matchbox plastickleuren. De schaal 1:48 ontbrak uiteraard ook niet: een Hawker Hunter van de 'Dutch Hawker Hunter Association', een Spitfire (KLu), een Curtiss 75 (KNIL), een Bücker Jungmann (KLu), twee Folland Gnats in trainer- en testkleuren, een Russische Kingcobra, en ten slotte nog een uitgebreide collectie 'underwing stores' voor de F-84F. De schaal 1:32 werd eenzaam vertegenwoordigd door een Gulfhawk. Ik weet niet zeker of raketten bij de vliegtuigen horen, maar zeker niet te overzien was een 1/144 Saturn V raket, ter ere van de maanlanding van vijftig jaar geleden.
Buiten werd opnieuw met de ultrasone verfstripper geëxperimenteerd. Daarbij bleek dat acrylverf veel weerbarstiger is dan alkydverf. Het toverwoord schijnt isopropanol te zijn.
Dick Boogaard
Opmerking: de IPMS website laat de foto's verkleind zien. Als je de pagina vergroot tot 130% zie je de foto's in volle resolutie. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de toetscombinatie Ctrl en +
Leo Ripken bracht vier modellen mee. De bovenste drie foto's laten drie varianten van de Matchbox 1/72 Gloster Gladiator zien, het plastic in respectievelijk groen & bruin, zilver & grijs en rood & lichtgrijs. Leo vergeleek het met een toverbal: het is afwachten welke kleuren je in je doosje aantreft. Onderaan de oude Monogram 1/32 Grumman Gulfhawk, een civiele versie van de F3F met een sterkere motor, waarmee de Gulf Oil Company demonstratievluchten door heel Amerika gaf. Dit model heeft een ingebouwd mechanisme: het landingsgestel is in en uit te doen door aan de propeller te draaien. Tenminste, dat werkte vier keer, en daarna niet meer. Maar het landingsgestel is nog met de hand te bewegen. Leo heeft alleen wat details geschilderd, de rest is blank plastic.
Rob Hamann had drie 1/72 Koolhoven F.K.41's meegebracht, waarvan twee als de in licentie gebouwde Desoutter. Twee van de drie modellen zijn op de foto gezet. Bovenaan de Dujin resin Desoutter Mk.II op ski's van de Finse luchtmacht, onderaan de Kora Models resin F.K.41 PH-AJZ van de NLS in aanbouw, de laatste bij Koolhoven gebouwde F.K.41. Aan het Kora model moest nogal wat aangepast worden, aan de modellen van Dujin minder; de romp van het Kora model was een kruising tussen die van de twee Desoutters, en bijvoorbeeld het windscherm en de deur waren nogal fout. De staart moest ook gecorrigeerd worden, zowel de plaats van het stabilo als de vorm van het kielvlak waren niet correct. Ook was de decalset niet volledig, en zaten er een paar foutjes in. Maar bij elkaar genomen geen onoverkomelijke problemen voor een resin bouwer. Straks staat er een aardige serie modellen, die mooi laat zien hoe een basisvorm resulteert in aardig verschillende producten.
David Kirton toonde twee Airfix 1/48 Folland Gnats. Bovenaan de versie in het standaard kleurenschema van de trainers, met de kitdecals gebouwd. Onderaan een speciale testversie in het 'Raspberry Ripple' kleurenschema van RAE Bedford, met decals van Xtradecal. David heeft ook een Hawk en een Jaguar in deze kleuren gebouwd, en een Phantom en een Wessex staan in de planning. Voor de test-Gnat moest de neus verbouwd worden met een messing buis en Milliput voor de lange pitotbuis, en dezelfde techniek is gebruikt voor de meetsystemen aan de vleugeltips. Beide modellen zijn geschilderd met Tamiya, de kleine details met Humbrol acryl, het dayglow oranje op de neus en de vleugeltips is een oud potje Humbrol, en ten slotte een glanslaag Humbrol clear. David heeft ongeveer drie maanden gewerkt aan deze twee modellen.
Frits Krieg had een MPM 1/48 Bell P-63 Kingcobra gebouwd. Het een short-run model, de pasvorm was heel redelijk hoewel er nogal wat flash te verwijderen was. De moeilijkheid bij dit model zat hem in de deuren, type autodeuren, deels in de romp, deels in de canopy. MPM had twee vacuümgevormde cockpitkap uit een stuk meegeleverd, licht vergeeld. Zo'n vacuumgevormde cockpitkap is normaal al lastig genoeg, nu moesten er ook nog twee deuren uitgesneden worden. Frits heeft een en ander veranderd om dat te vermijden. Er was genoeg ruimte in de romp om 80 gram lood in te stoppen, zodat 'staartzitten' voorkomen werd. De decals zijn van slechte kwaliteit, en alles samen was een hele uitdaging.
Luuk Boerman.
Jaap de Vries had twee modellen meegenomen. Bovenaan een Hobbycraft 1/72 Canadair F-86 Sabre Mk6 in de kleuren van het Canadese formatie-team Golden Hawks die in de doos zaten. Onderaan een Trumpeter 1/72 North American F-100C Super Sabre, in de uitvoering van het 32 TFS op Soesterberg. Een goed passend en gedetailleerd model. De decals komen van Dutch Decal.
Paul Beukema bracht drie modellen mee voor de modellentafel. Bovenaan de Classic Plane 1/72 Pander D uit 1924. Dit model is uitgebracht door Detlef Schorsch van Classic Plane op basis van een door Paul vervaardigde master. Dit is Paul zijn derde Pander D en de eerste die hij uit een bouwdoos bouwt. Her en der kwam hij verbeterpunten tegen, o.a. de motorcilinders die veel te lomp zijn. Sommige kits hebben ook last van luchtbelletjes, maar Detlef heeft beloofd om bij een volgende serie hier meer aandacht aan te schenken. Het modelletje is gespoten in Humbrol 41 Gloss Ivory, met decals uit de kit. De kleine Pander staat op een eenvoudig ondergrondje. In het midden de Hasegawa 1/72 Hawker Hurricane Mk.2b, gebouwd met een paar kleine aanpassingen zoals een Vokesfilter onder de neus (afkomstig van de Revell kit), een gedetailleerd interieur plus cockpitkapje van Pavla, en landingslichten afkomstig uit de kralendoos van Pauls dochter. De 'lampenkappen' zijn gemaakt van stukjes Sellotape: een strookje met 1 mm overmaat over de lamp plakken, op een paar tienden uit de rand met een scherp mes op maat maken, beetje Parket Plus erover en klaar. De Hurricane is ML-KNIL uitvoering, zoals met de kennis van nu het meest aannemelijk lijkt, want er zijn geen duidelijke foto's omdat deze toestellen pas op het laatst in de strijd zijn gegooid. Het model is gespoten in XtraColor Dark Green X1 en Dark Earth X2 en Sky Type S X7. De Britse roundels zijn overgeschilderd in WEM Jongblad, de driehoeken zijn van Dutch Decal. Onderaan de Rareplanes 1/72 Curtiss-Wright CW-21B Interceptor. Dit was Pauls eerste vacformmodel, gebouwd in 1984. Ondanks de relatief goede kwaliteit van Rareplanes werd al snel duidelijk werd dat je het beste een hele grote onderdelendoos kunt hebben. Uiteindelijk heeft hij alleen de romp- en vleugeldelen plus de canopy gebruikt, de rest is scratch. De luchtinlaat op de neus is uit fotonegatief: dat laat zich heel strak omzetten in b.v. een foto-ets buiggereedschap. De uitvoering is die van ML-KNIL in 1941, met de kwast geschilderd in Humbrol 86 (Oudblad) en 117 (Jongblad) en Metalcote Matt Aluminium voor de onderzijde. Voorzien van Dutch Decals met daaroverheen een laagje Alclad blanke lak semi-mat.
Dick Boogaard toonde drie modellen. Bovenaan de Heller 1/72 Saab J-32S Lansen, een oud model, even lekker makkelijk tussen de short-run misbaksels die Dick ook vaak bouwt. In het midden de Dragon 1/72 Dornier 335 'Pfeil' met trek- en drukpropellers. Onderaan de AML 1/72 Göppingen Gö 9, een voorstudie voor de Dornier 335. Het is een vrij simpel modelletje, maar de vacform canopy is tricky en de bijgeleverde propeller bestond uit vier bladen en een spinner, die niet te bouwen was. De onderdelendoos bood, met enig vijlen en passen, uitkomst.
Luuk Boerman.
Rody Verkruissen bracht twee modellen mee. Bovenaan de Italeri (Acadamy) 1/48 Hawker Hunter F6, gemaakt als het toestel van de 'Dutch Hawker Hunter Foundation'. De decals komen uit de doos, maar de cijfers zijn gewisseld om van N-249 de N-294 te maken. Het squadronlogo is van Dutch Decal. Het model is gespoten met Vallejo camouflagekleuren en een glanslaag van Humbrol. Onderaan de Monogram 1/48 Grumman F-14 Tomcat. Het model is gespoten met Revell en Vallejo verf, waarbij zeezout is gebruikt om een verweerd effect te maken. De decals zijn van Italeri, evenals de brandstoftanks. De piloten komen uit de onderdelendoos.
Roelof Timmerman pakte bij zijn eerste bezoek flink uit met drie vliegtuigmodellen. Bovenaan de Matchbox 1/72 Hunter T7 met markeringen van 45 squadron RAF, dat een kameel met vleugels als symbool had, nog net te zien in de cirkel op de neus. Het grijs is gespoten, het groen is met penseel gedaan. In het midden de Heller 1/72 DH89 Dragon Rapide, in de kleuren van No 6 Air Observer School in 1940. Onderaan de Airfix 1/72 F.27 Friendship in de kleuren van Aer Lingus, een decaloptie uit de eerste uitgave van dit model in de jaren zestig.
Rients Couperus toonde twee modellen. Bovenaan een 1/72 Percival Proctor in Nederlandse kleuren, deze keer niet volledig geel maar nog Brits gecamoufleerd. Het model kwam uit een zakje van een voor Rients onbekend Russisch merk. Het model was niet moeilijk om te bouwen; er was wel wat flash en de passing niet altijd geweldig. Helaas viel één van de zijraampjes tijdens het bouwen naar binnen, maar het is Rients toch gelukt om het redelijk op zijn plek gekregen zonder de romp open te hoeven maken. Voor de camouflage is Humbrol enamel gebruikt waarbij hij het bruin wat lichter gemaakt heeft aan de hand van foto's. Voor de decals zijn decals van minstens 25 jaar oude IPMS Decalset 1 'Roundels Koninklijke Luchtmacht / MLD' gebruikt. Onderaan een 1/72 Miles Master III, met dezelfde onduidelijke oorsprong als de Proctor. Het model heeft dezelfde kleuren maar Engelse roundels (uit de reserve doos). Het zijn volgens Rients beide leuke kistjes om te bouwen.
Rob de Bie toonde zijn KLu Streak-stores in de schaal 1/48, een project dat bijna klaar is. Op de plaat liggen zo goed als alle tanks, bommen en raketten zoals door Nederlandse Thunderstreaks gebruikt. Het is een mix van kitonderdelen, resin onderdelen en scratchgebouwde onderdelen. Ze zijn voorzien van magneetjes aan de bovenkant zodat ze aan de pylons te klikken zijn. Zodoende is elke gewenste configuratie op te bouwen gebouwd in enkele seconden. Er zitten ook magneetjes in de onderkant zodat ze netjes blijven liggen op de plaat plastic, waarin ook magneetjes verwerkt zijn.
Hans van Gelder was begonnen met de bouw van de Revell 1/96 Lunar Module.
Roelof Timmerman had ook een Revell (ex Monogram) 1/144 Saturn V meegenomen, die vijftig jaar en drie weken daarvoor opgestegen was voor de legendarische maanlanding op 20 juli 1969. Het model torende flink uit boven alle andere modellen op de tafel.
Patrick Verschut had deze avond zijn gereviseerde Airfix 1/76 T-34/85 meegenomen. Hij had het model waarschijnlijk meer dan 40 jaar geleden gebouwd, met de beperkte hulpmiddelen hij toen beschikbaar had. Tijdens de vorige regioavond had Rob de Bie zijn ultrasoonreiniger gedemonstreerd met behulp van twee T-34 modellen van Patrick. De verf werd daarbij grotendeels verwijderd en een deel van de lijmverbindingen trilde ook los. De resterende onderdelen vielen er thuis alsnog af. De herbouw van de kit is eenvoudig, alleen waren de meeste wielen bij de behandeling van de assen gebroken. De assen moesten dus allemaal vervangen worden door een stukje paperclip. Om het model wat steviger op de rupsbanden te presenteren zijn een paar stukken daklood in de romp gelijmd. En toen ging Patrick toch weer op internet kijken.. Airfix maakte één tankbody en deed daar twee koepels bij: voor een T-34/76 en voor een T-34/85. En dat klopt weer niet. Verder waren de twee lange benzinetanks van na de oorlog, dus slopen maar en er kleine tanks van maken. De bouwbeschrijving van destijds was slecht leesbaar, en zodoende waren de uitlaten ondersteboven geplaatst - ook gesloopt. Patrick concludeert: "Is het niet makkelijker gewoon een nieuwe kit te kopen? Tuurlijk! Maar toch heerlijk nostalgisch? Zien wat je eerder niet zo best hebt gedaan en nu verbeteren."
Annamarie Jongbloed had een Matchbox 1/76 Jagdpanzer IV/70 gebouwd; volgens Matchbox is het overigens een 'Panzer Jaeger IV/70'. Het model is gespoten in drie camouflagekleuren en enigszins geweatherd.
Rients Couperus had ook een Italeri 1/35 Crusader III tank meegenomen, "uit mijn vorige modelbouwleven" aldus Rients. Het model is ongeveer 25 jaar opgeborgen geweest en nu weer een keer tentoongesteld. Rients heeft het wel wat verweerd en extra details toegevoegd.
Frans Verkruissen bracht vier modelletjes uit Tsjechoslowakije mee, van de firma IGRA in de vreemde schaal 1/36. Ze zijn van rond 1970 en het zijn van oorsprong kant en klare modelletjes die gedeeltelijk in de fabriek in elkaar werden gezet en daarna bij thuiswerkers verder werden afgemaakt en in doosjes verpakt. Voor modelbouwers/verbouwers werden de modellen ook als kitjes uitgebracht. De serie bestaat uit zes standaard modellen, maar wel in vele variaties en kleuren. Frans heeft er vier, plus twee varianten, ooit gekocht op een NAMAC-bijeenkomst. Frans had ze in ongeveer 1973 gebouwd en geschilderd met Humbrol. De kitjes zijn niet al te moeilijk om te bouwen, maar alles op de bouwbeschrijving in het Tsjechisch, dus goed naar de tekening kijken. Van links naar rechts allereerst een Praga landaulet in blauw, een kopie van de Franse Charon. Dan een Velox taxi 8/10 pk uit 1909 in rood, deze had een dwarsgeplaatste motor en kettingaandrijving, het eerste en tevens laatste product van deze firma. Op de volgende foto de Tatra President uit 1898 in grijs, de oudste van de vier, en de Laurin & Klement type B uit 1906 in groen. Laurin & Klement kreeg later de naam van geldschieter Skoda. De laatste drie wagens zijn te zien in het Tsjechische Nationale Museum in Praag, de Praga staat in het Praagse Automuseum.
Wim Hoogendoorn had zijn Emhar 1/24 Bedford OSB 5-ton Recovery Truck recht uit de doos gebouwd. Het was volgens Wim een fijn model om te bouwen, met een goede passing. In aanbouw was een 1/24 LogLift laadkraan voor hout, deze is begonnen als een speelgoedkraan van EMEK, die Wim opgewaardeerd heeft naar een gedetailleerd schaalmodel. Hiervoor heeft hij onder andere alle open balken met plastic card afgedicht, en hij had een begin gemaakt met de hydraulische leidingen, in geel zichtbaar aan de rechterkant.
Annamarie had nog twee modellen meegenomen. Bovenaan de Heller 1/24 Citroen 5CV type C3.T3 Trefle uit 1924; de Hollandse benaming voor de auto was Klaverblaadje. Onderaan de Dapol 1/76 Stephenson's Rocket stoomlocomotief uit 1829. Annamarie wil dit model plus een Engels station mee laten doen met de 'A4 wedstrijden' die dit jaar in Valkenburg bij het smalspoor museum en volgend jaar bij Eurospoor 2020 worden uitgeschreven. Het diorama moet zodoende de afmetingen hebben van een A4tje, en mag ook niet hoger zijn dan een A4tje.
De modellentafel stond lekker vol, en bood veel stof voor modellen kijken en bespreken.
Johan Vester had zijn collectie modelbouwbladen uitgedund, en bood ze gratis aan. De bladen werden druk bekeken en de stapel slonk gestaag.
Buiten werd verder geëxperimenteerd met het strippen van verf in een ultrasoonreiniger van Rob de Bie. Claus den Haan had twee 1/35 Jagdpanthers meegenomen om te strippen. De Revell Jagdpanther was met voornamelijk Model Master enamel (alkydverf) geschilderd, en de onderdelen daarvan waren na een kwartiertje in verdunde natronloog weer helemaal schoon, ook in de naadjes en hoekjes. De Italeri Jagdpanther was met Tamiya acryl geschilderd, en bij wijze van experiment werd dit model in badje van schoonmaak-ammonia gedompeld. Dit werkte echter niet. Isopropyl alcohol (IPA) en spiritus werden als tips gegeven door andere leden. Weer andere leden waren teleurgesteld dat er geen bitterballen geserveerd werden, aangezien het apparaat op een frituurpan lijkt..
De nog resterende rokers in de club konden buiten hun shaggies opsteken.
Tekst: leden / Eindredactie: Rob de Bie / Foto's: Rody Verkruissen en Patrick Verschut