Tijdens de EME te Lingen in maart van dit jaar kwam Frank Ilse van de Duitse modelbouwgroep “VMF-06 German Gamblers” naar ons toe om ons speciaal uit te nodigen voor de Internationale Schiffsmodelbautage in Hamburg. Het totaal nieuwe evenement voor scheepsmodelbouwers zou gehouden worden in het Internationales Maritimes Museum in Hamburg.
Hamburg, dat is wel een eind weg, 470 kilometer, maar om er zeker van te zijn dat het weekend ook de moeite waard zou zijn regelde ik vanaf de donderdag vóór het evenement tot en met de maandag erna een goed hotel in de wijk Speicherstadt, zodat we op loopafstand (een kwartiertje) van zowel het museum als de stad zaten. De stad Hamburg heeft namelijk ook een gezellig centrum (de Altstadt, naast Speicherstadt) met vele terrasjes en restaurants. De bij velen beter bekende Reeperbahn ligt dan wel weer op een paar kilometer afstand, dus daar konden we niet door worden afgeleid;-).
Trouwens, Speicherstadt heet zo omdat het een complex van pakhuizen ("Speicher") op een aantal eilandjes in de rivierbedding van de Elbe is.
Het Internationales Maritimes Museum Hamburg werd geopend in 2008 en is een van de grotere maritieme musea in Europa. Het museum is ondergebracht in een van de oudste pakhuizen van Hamburg dat tevens een beschermd monument is. Het ligt op de grens van Speicherstadt en HafenCity in het oude havengebied van de stad. Het is enorm: het telt liefst tien verdiepingen (“decks” genoemd) en op iedere verdieping wordt een bepaald onderwerp tentoongesteld. Scheepsbouw, civiele schepen, marineschepen, wetenschappelijk onderzoek op zee, de winning van grondstoffen in de zeebodem, maritieme schilderkunst en op het hoogste “deck” een verdieping met Wiking-miniatuurschepen en prachtige diorama’s.
Na deze promotie van de stad Hamburg nu over het evenement. Frank had me uitgelegd dat hij een specifiek op scheepsbouwers toegesneden evenement wilde organiseren. Hij wilde scheepvaartskunst en scheepsmodelbouw met elkaar verbinden. Dan is de locatie van een scheepvaartmuseum op zich een natuurlijke keuze, maar maakt ook dat het niet te vergelijken is met onze eigen ESM, de EME of Telford (dat voor november weer op de agenda staat). Nadat Jos en ik op donderdag waren gearriveerd en ons twee dagen prima hadden vermaakt in Hamburg (mede door het goede weer) reden we vrijdagavond om een uur of zeven naar het museum om onze stand op te bouwen. We waren met onze vrienden van IG-Modellmarine gehuisvest op deck 01, onze andere vrienden van VMF-06 German Gamblers stonden op deck 02. Na de hartelijke begroetingen bouwden Jos en ik de stand snel op: we hadden een kleine, maar sterke vloot. Twee vliegdekschepen (Jos’ Saratoga en mijn Intrepid), de Ise-helikoptercarrier, vier slagschepen (de Bismarck, de Missouri, de Yamato en de Texas), begeleid door de destroyers Yukikaze en Gearing en de I-400 onderzeeboot. Ervaring in opbouwen van een stand loont zich.
We merkten toen al op, dat de verlichting niet optimaal was. Op zaterdag bleek dat de jongens van de German Gamblers zich met licht vanaf een hoogte van een meter of 8 moesten tevreden stellen. IG-Modellmarine, met hun 1/700 modellen, hadden nog meer te lijden van het gedempte licht (laat ik maar eens een understatement gebruiken). Naast ons stonden een aantal 1/200 schepen van Wolfgang Wurm (WW-ships uit Oostenrijk), waarvan de boeg zich bijvoorbeeld in vol licht bevond, maar waarvan de achtersteven zich met de schaduw tevreden moest stellen. Ik heb geprobeerd er iets aan te doen, maar we waren natuurlijk in een museum met gedempt licht. Wij zetten onze meest belangrijke schepen in het licht van de spots, waarmee we het probleem deels omzeilden, maar niet iedereen was zo gelukkig.
Wel bevonden we ons in het gezelschap van een aantal belangrijke zeevaarders, zoals Leif Eriksson (die schijnt Amerika al ontdekt te hebben ruim voordat Columbus dat deed), Zheng He (die het toenmalige China in verbinding bracht met het westen), Vasco da Gama, onze Christoffel Columbus zelf (ik kon het natuurlijk weer niet laten een selfie met hem te maken;-), Ferdinand Magelhaen, James Cook enzovoort. Ach, het kon minder. Met Leif en Zheng heb ik een bijzondere band opgebouwd, aangezien ik twee stoelen voor Jos en mezelf tussen hen in had gezet. Het museum is namelijk erg “verticaal”: dat wil dus zeggen veel trappen tussen de decks, en de liften waren niet van het hypermoderne snelle soort. Dat betekende dus veel lopen, maar het was echt de moeite waard. Tussen onze wandelingen door letten Leif en Zheng met strenge blik op de stand, en deden dat met verve.
Het karakter van het evenement wijkt af van de ons bekende grote modelbouwbeurzen in die zin dat het geen modelbouwbeurs is: naast de officiële toespraken van de directeur van het museum, de minister voor onderwijs en cultuur van de deelstaat Hamburg én van Frank zelf was er bijvoorbeeld weinig tot geen handel. Torben Keitel van SSN-modelbau was er dus wel, maar dan in zijn hoedanigheid als lid van de German Gamblers.
Volgens Peter Tamm (de directeur van het museum) en Frank is het de bedoeling dit evenement om de twee jaar te houden. Omdat in de uitnodiging werd gesteld dat de modellen aan een bepaalde standaard moesten voldoen, vonden we het een hele eer uitgenodigd te worden. Maar zoals ik al eerder stelde, het is geen beurs, we waren onderdeel van het museum.
Er bestaat dus (veel) verschil tussen het kunstminnend- en het modelbouwpubliek, dat hier gewoon door elkaar heen liep. We maakten mee, dat kunstminnaars onze vrienden Leif, Zheng, Christoffel en Ferdinand vol bewondering en aanbidding aankeken en onze huisvlijt geen blik waardig gunden, maar ook dat we geanimeerd met modelbouwers in gesprek waren, waarbij we gemakkelijk tegen de eerder genoemde ontdekkingsreizigers aanleunden. Ik sprak met Guido Hopp en Dirk Mennigke van de German Gamblers, die hadden dezelfde ervaringen.
Dit maakt het geen evenement voor elke (scheeps)modelbouwer, maar toch waren we wel tevreden over het verloop van het gebeuren en de belangstelling. Natuurlijk waren er de vragen over de glazen kappen en de zeeën, maar ook veel vragen over de railingen en de vliegtuigen op de carriers. Zeer prettig en interessant was het contact met de conservator van het museum, zelf een begenadigd en enthousiast modelbouwer, die erg in ons werk was geïnteresseerd en ons ook veel vertelde over de modellen in het museum. Als je in Hamburg bent, is niet alleen de stad, maar ook het museum zeker de moeite van een bezoek waard.
Auteur: Walter Sonderman